Geld afhalen en een festival
Yangon is heel warm na het koele en aangename Nepal. Al kan ik er beter aan beginnen te wennen, want het grootste gedeelte van Myanmar is heel erg warm (lees: 38-45°C). Jep, na de mooie 25-30°C in Nepal is dit toch wel een groot verschil. In het hostel staat de airco natuurlijk altijd aan, dus om een beetje aan de warmte te wennen zat er niets anders op dan naar buiten te gaan. En wat is de perfecte reden om naar buiten te gaan op de eerste dag in een nieuw land? Jep, geld afhalen!
Geld afhalen in Myanmar is een avontuur, en niet enkel in Yangon. Elke keer dat ik geld wilde afhalen moest in minstens 4 ATM’s proberen voordat ik er eentje vond waar ik daadwerkelijk geld kon afhalen. En dan moet het leuke gedeelte nog beginnen. Omdat je een toeslag moet betalen wanneer je een andere geldeenheid afhaalt, ga je natuurlijk altijd voor het maximumbedrag. In Yangon was dit 400 000 kyat (dit is ‘slechts’ 240 euro). Maar ik had er niet op gerekend dat je dit krijgt in briefjes van 10 000 en 5 000 kyat. En 60 briefjes in totaal is echt wel een stapel geld! Ik kreeg dit bijna niet in mijn portefeuille… Daarmee over straat lopen voelde toch niet echt aangenaam.
Toen ik mijn hoop geld veilig had opgeborgen in het hostel ben ik in de gemeenschappelijke ruimte gaan zitten om een paar mensen te leren kennen. Hier hoorde ik enkele mensen praten over een festival dat deze avond zou plaatsvinden net buiten Yangon. Ik heb dan maar heel lief gevraagd of er nog plek was voor een andere persoon. En ja hoor, ik kon meegaan! Rond 17u zouden we vertrekken, we moesten enkel nog wachten op twee jongens van Myanmar die ook mee zouden gaan met ons. Niet veel later waren ze er en was het net nog een kwestie om met zes personen in een taxi te geraken. Er zat niet veel anders op dan twee mensen in de koffer te steken, want dat is toch logisch (en dat brengt de prijs per persoon ook een heel stuk omlaag). En een half uurtje later waren we er al. Ik moest enkel nog een ticketje kopen en dan was het tijd om naar binnen te gaan. Hoewel het Together Festival één van de grootste van Myanmar is, deed het terrein en de standjes me heel erg denken aan een of ander plaatselijk festival van in België. Maar de drank was heel goedkoop, net als het eten, dus er valt niet te klagen!
Ondertussen kregen we ook een hele hoop aandacht van de locals, aangezien we met ons vijven zo ongeveer de enige buitenlanders waren op het festival. Dus de nodige selfies en handen schudden. Blijft toch altijd wel grappig!
Nadat we ons emmertje bier hadden was het tijd om een plekje in het publiek te vinden. Niet veel later stonden we bijna volledig vooraan, wat echt wel cool was. Het podium was ook dik in orde, veel schermen en lampen, en de eerste dj was meteen al een topper (Kungs), dus de avond zou wel goed komen. Het eerste dat me opviel is hoe hard de mensen van Myanmar uit hun dak kunnen gaan. En dat voor een hele avond lang. Er was geen enkel moment dat ze eventjes rust namen, heel de tijd springen en roepen en springen en zwaaien en springen en meezingen en springen en roepen en springen en… je snapt het wel denk ik. Zelfs toen het begon te regenen bleven ze enthousiast. Ik was heel blij met deze bui, want daardoor begon het echt een beetje af te koelen. Springen en dansen in een menigte terwijl het buiten 35°C is, is niet bepaald aangenaam te noemen.
En de regen bleef maar duren. En het begon ook steeds harder te regenen. Op een bepaald moment begon het ook nog te onweren. Er was zelfs een blikseminslag vlak achter het podium. En het feest ging gewoon door! Crazy people hier. Één voor één begonnen de schermen en de lampen op het podium ook uit te vallen door het teveel aan water. Ondertussen was iedereen volledig doorweekt en begon zich een mooi laagje warm water op de vloer te vormen. Het was heel veel regen, en dat voor een uur lang. Het was een speciale ervaring! Er begon ook een beetje paniek bij de organisatie te ontstaan over de dj en het mengpaneel: ze bleven maar plastic brengen om alles te bedekken. Dat was wel grappig om te zien. En na een kleine twee uur stopte het eindelijk echt met regenen. Ondertussen stond ik in enkele centimeters water (ik was blij dat het beton was en geen gras was op het festivalterrein) en kon het opdrogen beginnen. Aangezien het, ondanks de regen, nog steeds heel erg warm was buiten, duurde het niet zo heel lang voordat iedereen toch weer redelijk droog was. Tegen het einde van het festival was alles terug opgedroogd. Dat is toch echt wel een voordeel tegenover België. Ondertussen begonnen de schermen en de lichten ook weer te werken. Precies alsof ze het podium terug aan het opbouwen waren.
Enkele zotte uurtjes later was het tijd om af te ronden en terug naar het hostel te gaan. Opnieuw met zes personen in een taxi voor vijf personen. Eenmaal in het hostel aangekomen heb ik mijn schoenen te drogen gezet (het enige dat nog nat was) en dan ben ik mijn bedje ingekropen. Het festival was een hele mooie manier om mijn reis in Myanmar te starten.
Pagoda n° 1
Drie van de vier mensen die gisteren mee naar het festival zijn gegaan moesten vandaag het vliegtuig nemen naar Bangkok. Dus bleven alleen Liese en ik nog over. Het plan vandaag was om af te spreken met een vriend van Liese en samen naar Avengers: Endgame te gaan kijken in de cinema. Helaas, toen we aankwamen aan de cinema bleek dat de zaal volledig uitverkocht was. We hadden er niet aan gedacht dat het vandaag zondag is en dat het wel eens druk zou kunnen zijn. Jammer, dan maar sushi gaan eten in de plaats. Het voordeel van sushi eten hier in Yangon, is dat het ongelofelijk goedkoop is. In België ben je al gemakkelijk 20 euro kwijt als je een beetje fatsoenlijk sushi wilt eten. Hier heeft het me drie euro gekost om evenveel te eten als in België. Ik ga hier zeker nog een paar keer terugkomen denk ik. Het helpt natuurlijk ook wel dat het sushi-restaurant twee deuren naast het hostel is. Maakt de drempel om te gaan net weer ietsjes kleiner. En nu was het voor Liese en haar vriend ook tijd om te vertrekken, dus bleef ik alleen achter.
Ik was niet lang alleen. Kort nadat Liese vertrokken was, kwam ik Brook en Susie tegen in het hostel. Ik had al een keertje met Susie gebabbeld maar dat was een heel kort babbeltje. Het klikte heel goed tussen ons drieën en we besloten om samen naar de Shwedagon Pagoda te gaan.
De weg naar daar was een eindje om te wandelen, maar op die manier konden zij mij wel een hele hoop tips geven over wat ik wel en niet moet doen en moet bezoeken in Myanmar (ze waren beiden aan het einde van hun trip). En ondertussen konden we ook een beetje sightseeing doen in Yangon. Er is hier een hele hoop meer streetfood en marktjes op de straat dan in Nepal en dat maakt het meteen al een heel stuk gezelliger.
Een dik half uur later stonden we aan de ingang van de Shwedagon Pagoda en heeft een jongetje geprobeerd om ons op te lichten. Wanneer je een pagoda binnen gaat moet je altijd je schoenen uitdoen. Nu kwam er meteen iemand naar ons toe om ons een zakje te geven om onze schoenen in te steken. Op dat moment had ik eigenlijk al moeten beseffen dat er iets niet helemaal klopte, maar mensen hier zijn zo vriendelijk dat ik het toch gewoon accepteerde. Niet veel later begon die jongen ons voor geld te vragen. 30 kyat is op zich geen geld (al kan je dat onmogelijk geven want 50 kyat is het kleinste briefje) maar het ging nu om het principe. Omdat hij niet eerst had gevraagd voor geld, wilden we alle drie onze zak teruggeven. Alleen wilde hij de zak niet meer accepteren! Toen we probeerden om de zak terug in zijn handen te steken draaide hij zich om en liep hij weg. Dat was echt heel heel bizarre en onthutsende ervaring. Uiteindelijk hebben we het opgegeven, de zakjes op de grond gelegd en zijn we verder gelopen. Dit was zo extreem, dat had ik nog nooit meegemaakt. En hopelijk moet ik het ook nooit meer opnieuw meemaken.
Natuurlijk moeten toeristen betalen om de Shwedagon Pagoda te zien, maar dat vond ik oké, omdat dit het ook echt wel waard is. Ik had ook een te korte boek aan (knieën mogen niet zichtbaar zijn) dus kreeg ik een longyi die ik kon lenen. En dan was het nog één trap beklimmen en dan zag ik eindelijk de pagoda. En wat is die pagoda ongelofelijk mooi, groot en vooral imposant! Je kan er zo veel foto’s over opzoeken als je wilt, maar hem in het echt zien is toch echt wel next level. Rond de pagoda zijn er een hele hoop kleinere pagoda’s en tempels waar mensen kunnen bidden. En er zijn een hele hoop mensen die dat doen. Ook lopen er heel veel monniken rond, wat de ervaring compleet maakt. Susie, Brook en ik zijn in twee uur twee keer rond de pagoda gelopen. Ondertussen hebben we heel veel mensen (zowel locals als toeristen) en nog meer pagoda’s en tempels gezien. Het beste was wel om de zon zien onder te gaan waardoor de pagoda volledig veranderd van uitzicht door het veranderende licht. Hier kom ik zeker opnieuw naartoe wanneer ik naar Yangon kom om mijn vliegtuig naar Vietnam te nemen!
Afscheid en het busavontuur
De dag nadien moest ik helaas afscheid nemen van Susie en Brook. Hun tijd in Myanmar zat er helaas op. Soms is het geen probleem om afscheid te nemen van mensen en soms is het een van de moeilijkste dingen die je kan doen. In dit geval behoorde het meer tot de tweede categorie. Ik weet niet hoe het komt, maar soms kan je met bepaalde mensen een ongelofelijk hechte band creëren op een extreem korte tijd. Je kan dat absoluut niet vergelijken met een vriendschap die je thuis hebt met je vrienden, het is een hele andere vriendschap. Zo kan het zijn dat je iemand tegenkomt en dat je nog geen uur later je hele levensverhaal en je diepste geheimen tegen die persoon aan het vertellen bent. Je hebt geen flauw idee waarom je dat doet, maar toch gebeurt het. Misschien komt dat omdat je weet dat je die persoon waarschijnlijk niet meer gaat zien?
Als je mensen slechts oppervlakkig leert kennen maakt dat het afscheid een heel stuk gemakkelijker. Bij Brook en Susie hebben we met ons drieën toch wel diepe gesprekken gehad op de korte tijd die we samen hadden, dus maakte dat het afscheid een stuk moeilijker. Maar je kan er niets aan doen, afscheid nemen hoort erbij, reizen is niet alleen maar plezier en fun. Er zijn ook moeilijkere en minder aangename momenten.
Voor mij was het ook mijn laatste dag in Yangon, vanavond zou ik de nachtbus naar Bagan nemen. Ik heb van de uurtjes die ik in Yangon over had gebruik gemaakt om mijn reis door Myanmar een beetje voor te bereiden. Een klein schema maken van waar ik allemaal naartoe kon gaan en hoeveel tijd ik daar dan kan besteden. Conclusie: een maand is te weinig om door Myanmar te reizen, zeker als je ook graag enkele minder toeristische spots wilt bezoeken.
Nadat mijn schema klaar was, moest ik naar het busstation vertrekken. In het hostel kreeg ik het advies om minstens 3,5 uur op voorhand te vertrekken. Als ik met de taxi zou gaan, kon ik twee uur op voorhand vertrekken. Alleen kost de taxi tien keer meer dan de shuttle naar de busstop en aangezien ik een beetje een budget heb (en tijd genoeg), heb ik de taxi links laten liggen en ben ik op avontuur gegaan om naar de busstop te raken. En het was ook echt een avontuur.
Als eerste moet je de stadsbus vanaf het hostel naar een bepaald rond punt nemen. Lopen gaat op zich ook, maar het is veel te warm om langer dan twee minuten met een backpack op je rug rond te lopen. De bussen hebben op z’n minst nog airco. De bus naar het rond punt is altijd overvol. En dan bedoel ik echt ‘sardientjes-in-een-blik’-overvol. Ik heb dus enkele bussen moeten laten passeren voordat ik eentje vond waar ik en mijn backpack in geraakten. En dan sta je in de bus, volledig platgedrukt door andere mensen. Maar het leukste moet nog komen: uit te bus geraken. Om dat kort samen te vatten: het was een hele hoop geduw. Nadien volgde de zoektocht naar de shuttle. Na een beetje rondvragen had ik die ook eindelijk gevonden en kon ik samen met drie andere mensen op de achterbank van een mini-van zitten. Lekker comfy! En een klein uur later waren we aangekomen aan de busstop.
Ik had al gehoord dat deze busstop groot is, maar het was nog veel groter dan verwacht. Ik denk dat je het kan vergelijken met de Grote Markt in Leuven. Stel je daarbij voor dat elk café bestaat uit een kantoor van een busbedrijfje en dat er voor elk café twee bussen zijn geparkeerd. En zo zijn er twee pleinen (al is het tweede wel ietsjes kleiner). Begin dan maar te zoeken naar het juiste bedrijfje. Na een keer rond te lopen had ik het juiste bedrijf niet gevonden, dus ben ik beginnen rondvragen. En ik ben naar alle kanten van het plein gestuurd, maar ik heb het niet gevonden. Uiteindelijk heb ik een beetje hulp gevraagd aan Google Maps, en gelukkig kon die mij verder helpen! Bleek dat ik op het tweede plein moest zijn… Eenmaal daar had ik het wel snel gevonden. En niet veel later kon ik in de bus gaan zitten.
Wat een ongelofelijk verschil met de bussen in Nepal! Deze bussen hadden fatsoenlijke, brede stoelen. Ik kreeg een dekentje en de persoon die meeging als begeleider sprak fatsoenlijk Engels. Alleen al dat was zo fijn! Nu wist ik tenminste hoe lang de pauzes zouden zijn als de bus ergens stopt en of ik aan de juiste halte afstap of niet. En niet veel later, goed op tijd, vertrok de bus naar Bagan. Ik had al van andere reizigers gehoord dat de wegen in Myanmar niet bepaald goed zijn. Ik kan zeggen, na Nepal voelen deze wegen hemels aan! Er is overal asfalt, niet te veel gaten in de weg en de bus kan goed doorrijden. Meestal zijn er ook twee rijvlakken zodat je gemakkelijk voorbij kan steken. Dus voor het eerst heb ik een beetje fatsoenlijk kunnen slapen op een bus. Dat was ook wel eens leuk voor de verandering.